Het is buiten heerlijk weer, rechts van mij ligt een stapeltje werk te wachten, links van mij staat een opgetuigde penhengel naar me te knipogen. De keuze is snel gemaakt, ik ga lekker op pad, dat werk komt vanavond wel. Omdat de ‘vaste plekken’ de laatste tijd niet meer zo lekker lopen had ik het gevoel dat er weer eens (ergens?) anders gevist moest worden. Ik wilde eigenlijk wat parkwatertjes af gaan fietsen om de karpers op zicht te belagen, maar de kades laten me niet meer los. Pennen op de kade dus!

 

Ik voer twee bruggen aan en om het voer even de tijd te geven ga ik een rondje fietsen in het park. Ik heb mijn hengel bij me, vind zeker drie azende karpers, maar het trekt me niet. Eentje ligt wel heel uitbundig bellen te blazen en brengt me toch aan het twijfelen. Ik heb nog een kwartiertje voor ik de eerste voerplek ‘rijp’ acht, maar ga er maar gewoon even lekker naar staan kijken. Ik rook een sigaretje en haal voor de zekerheid toch nog maar een paar metertjes lijn van de molen voor ik naar de plek ga.

 

Als ik in mijn uppie op de kade vis moet ik alles goed georganiseerd hebben, het scheppen vergt nogal wat kunst en vliegwerk omdat ik mijn spullen niet alleen aan de waterkant durf te laten terwijl ik zelf een meter of 4 hoger op de brug sta. De fiets staat op slot op de brug, mijn net steekt er half achter, tasje met visspullen en vangspullen (camera, weger, meetlint) zit in de fietstas, onthaakmatje ook in de fietstas, dus ik mag gaan vissen! Er zijn geen kippen (roepnaam voor meerkoeten) te bekennen, dus ik geloof er wel in!
Drie kwartier later en een brasem rijker niet meer... Ik klap me hengel en net in, stap op de fiets en stap er vijf minuten later en een brug verder weer vanaf. Een boompje dat tegen de kademuur aan groeit maakt dit stekkie nog een stukje lastiger en de zwerver die ligt te slapen op mijn beoogde landingsplaats kan nog wel eens voor leuke taferelen gaan zorgen. Jammer genoeg is de man al weg als ik voor het eerst aan mag slaan, hoewel aanslaan, ik sloeg een mooi gat in de lucht... Snel weer wat aan de haak knallen en ingooien, er zit vis op! De volgende beet is een hele mooie opsteker en ik vrees voor weer een brasem. Eigenlijk zou ik al aan moeten slaan, maar er is geen mooier gezicht dan een wegloper en daar wacht ik dan ook altijd ff op. Die wegloper kwam er en dit keer sloeg ik wel raak! De boel komt weer erg makkelijk omhoog en vrees dan ook weer met een slijmjurk van doen te hebben, tot ‘ie in het zicht komt, karper!

 

Op dat moment gaat de vis er als een speer vandoor, ik pak de tas uit de fietstas, geef de onthaakmat en het net een gooi naar beneden en ga de strijd aan. Eerst met het boompje. Doordat de vis redelijk ver weg zit en lekker veel druk op de lijn zet kan ik met veel moeite, meer moeite dan ik gewend was (ja Jur, bomen groeien...), wel de lijn over het boompje heen krijgen en de trap naar beneden richting landingsplaats nemen. Vanaf dan kan ik lekker gaan genieten van de dril. De mensen op de inmiddels vol gestroomde brug zien hoe de vis mij alle hoeken van het water laat zien, wat een kracht op zo’n ‘slap’ hengeltje! Na een kleine tien minuten touwtrekken trek ik eindelijk de schub het net in. Gelijk vraagt een man op de brug of hij alsjeblieft een foto mag komen maken. “Graag!” antwoord ik, “als u ook gelijk met mijn camera even een foto wilt maken?”. De man maakt eerst met mijn camera wat foto’s, en wilt de camera al teruggeven voor ik met de vis geposeerd heb. Terwijl de man eindelijk zelf aan de beurt is om een foto te maken legt hij uit waar de haast vandaan komt. “Ik ben al veel te laat, met deze foto kan ik uitleggen waarom. Trouwens mag ik ook nog een stukje filmen?” “Kijk wat deze gozer net gevangen heeft!” klinkt de voice-over als ik de vis weer terug zet.

 

 

Ik vervang een stukje behoorlijk beschadigde lijn, stel Erik op de hoogte van het heuglijke nieuws en gooi weer in. Voor het gemak laat ik mijn natte net en onthaakmat lekker beneden liggen. Ik hoop toch snel weer beneden te zijn. En na een kwartiertje krijg ik gewoon wéér een opsteker! Omdat het te mooi is om waar te zijn verwacht ik toch weer een brasem, maar als ik aansla nadat de dobber mooi de diepte in duikt heb ik direct in de gaten dat het weer karper is! De vis blijft diep, maar gaat direct de kant in waar ik hem dadelijk wil scheppen. Op zich niets mis mee, maar dat klote boompje... Doordat de vis in de kant zit wordt mijn hengeltop nu teveel naar beneden getrokken, en ik krijg de lijn niet over de boom heen. Ik stuur de vis naar de overkant en nu lukt het wel, ik ren naar beneden en kan gaan beginnen de vis weer terug te krijgen naar waar die net zat. De vis blijft diep, ik heb nog geen idee met wat ik van doen heb, maar weet wel dat het geen knolletje zal zijn. Onderweg maakt de vis goed gebruik van de stroming (meestal een goed teken :)) en verbruikt ze dus niet zo veel energie waardoor ze, eenmaal voor de kant, nog lang niet klaar is om geschept te worden.

 

Sterker nog, ik heb nog steeds niets gezien. Man, wat hoop ik dat dit een spiegel is! Na aardig wat 'achtjes' onder de hengeltop komt eindelijk de dobber in zicht, ‘we boeken vooruitgang’ denk ik bij mezelf, terwijl de vis ineens weer een run naar het midden neemt. Ik houd de spoel vast en krijg zo de vis eindelijk naar boven toe. Mooie grote kolk, maar door de zon heb ik nóg niets gezien... Ik heb wel gezien dat de brug inmiddels echt helemaal vol staat, zo ‘erg’ heb ik het nog niet vaak gehad. De dril duurt inmiddels ook al een tijdje, heerlijk. Tot ik mijn lijn niet meer zie gaan. Fuck! Vastgezwommen! Een paar stappen opzij zetten is gelukkig genoeg en de lijn is weer los. De vis is er inmiddels gelukkig ook wel klaar mee en ik schep een mooie spiegel! Eindelijk weer een mooie projectspiegel en nog op de pen ook! Alles ligt nog klaar van de vorige vis, dus de vis kan gelijk de mat op. Als ik de vis optil besef ik pas dat het echt een flinke is en met 24 pond is het dan ook mijn kade- én SKP record! Ik twijfel om de vis te bewaren, maar besef dat de vis goed los is, en nog een beet is zeker niet uitgesloten. De fotograaf staat dus op de brug, ik moet alleen nog kiezen wie. “Wil er iemand een foto komen maken?”. Niemand reageert. “Spreekt er iemand Nederlands?”. Niemand reageert. Heb ik weer. Ik wijs de dichtsbijzijnde (waarschijnlijk Poolse) man aan, zeg “foto” en wijs naar beneden. Hij komt in beweging, gelukkig! De foto is niet ‘je van het’, maar dat vind ik niet zo erg, zo komt de hectiek van het moment ook nog een beetje over op de foto. Ik maak nog wel een foto op de mat voor het terugmelden aan de GHV, zo is de vis misschien nog terug te vinden.

 

 

Ik stel Erik weer op de hoogte en omdat ik vast zat tijdens de dril haal ik maar weer wat metertjes lijn van de spoel voor ik opnieuw ingooi. Even later is de beet exact hetzelfde als de vorige twee, mijn acties echter... Wat sta ik ineens te kloten zeg. Eerst sla ik aan terwijl de beugel van mijn molen nog open staat, wonderbaarlijk genoeg haak ik de vis wel. Ik heb echter pas door dat mijn lijn om de hengeltop gedraaid zit als ik al volop in gevecht ben met het boompje... Weer terug over het boompje dus, lijn goed doen en verder. Niet dus. De vis heeft zich vastgezwommen. Logisch, had ik ook gedaan. Ik win nog wat metertjes lijn, maar met 22/00 heb je niet veel in te brengen...

 

Ik stuur Erik, die aan het werk is, weer een sms’je en besef dat mijn kansen nu waarschijnlijk wel verkeken zijn. Ik blijf toch nog even staan, al is het maar om nog even na te genieten van de dag. “Nog wat gevangen?” vraagt een voorbijganger die duidelijk de chaos beneden niet gezien heeft. “Nee, helaas”... “Het water is nog te koud joh, volgende maand moet je pas beginnen.” Ik bedank de man voor zijn advies en steek nog maar een peukie op. Heerlijke dag. Erik staat een paar minuten later ook ineens naast me, we kijken nog even naar de foto’s en maken gelijk vast de plannen voor volgende week. Misschien nog maar een keertje met de penhengel op pad...

 

Juri Froger

wie we zijn - contact